Spiegeloefening grenzen

Doelgroep: BaO + SO

Groepsgrootte: Klas

Duur: 20-30 minuten

Leerplandoelen:

  • BaO: Sluit aan bij de ontwikkelvelden
  • SO: Sluit aan bij het gemeenschappelijk funderend leerplan

Materiaal:

  • Lokaal waar de leerlingen verspreid in groepjes per 2 kunnen staan

Doelstellingen:

  • Leerlingen worden zich bewust over hun persoonlijke ruimte en grenzen.
  • Leerlingen worden zich ervan bewust dat ieders grens verschillend is.
  • Leerlingen oefenen het aangeven van grenzen (verbaal en non-verbaal).
  • Leerlingen oefenen het respecteren van grenzen van de ander.
  • Leerlingen oefenen hun lichaamsbewustwording.
  • Leerlingen oefenen het reflecteren en respectvol nabespreken.

Methodiek/oefening:

Bespreek kort het thema: Wat is een grens?
Je hebt veel soorten grenzen: landgrenzen, regels/afspraken, persoonlijke grenzen (fysiek+verbaal)... Dit is persoonlijk en kan verschillen van persoon tot persoon.

Instructies voor de opdracht:
Verdeel de leerlingen in groepjes per 2. De leerlingen van elk groepje staan tegenover elkaar en maken oogcontact. Je zal de leerlingen zo dadelijk verschillende instructies geven. Vermeld duidelijk dat het niet de bedoeling is om alle opdrachten uit te voeren. Wel is het belangrijk dat de leerlingen aan elkaar duidelijk maken wanneer ze een bepaalde oefening niet willen doen (= grenzen aangeven). Hoe ze dit duidelijk maken, mogen ze zelf kiezen. Stel jij wil de opdracht uitvoeren, maar de ander niet dan mag je uiteraard niets doen.

Instructies:

  • Elkaar een hand geven
  • Elkaar een voetje geven
  • Elleboog tegen elleboog
  • Schouder tegen schouder
  • Rug tegen rug
  • Heup tegen heup
  • Oor tegen oor
  • Voorhoofd tegen voorhoofd
  • Neus tegen neus
  • ... 

Nabespreking:

Na de oefening is het belangrijk om een nabespreking te doen.

Voorbeeldvragen:

  • Wie heeft op een bepaald moment zijn/ haar grens aangegeven? Hoe heb je dit gedaan?
  • Wie heeft gezien dat de grens van zijn / haar groepsgenoot bereikt was? Hoe heb je dit gezien?
  • Bij wie is er over zijn / haar grenzen heen gegaan? Hoe kwam dit?
  • Op welke manier kan je een grens duidelijk aangeven?
  • Oogcontact maken
  • Stevig staan, groot maken
  • Serieuze blik
  • Luid genoeg (maar niet té luid)
  • Duidelijk benoemen dat je wil dat het stop
  • Eventueel met hand stopteken maken
  • Waarom is het belangrijk om iemands grens te respecteren? Wat kan er gebeuren als we dit niet doen?
  • Bij wie is er op de speelplaats / in de klas al over zijn / haar grens heen gegaan? Hoe kwam dit?
  • Wat voel je als iemand over je grens heen gaat of als je iets doet wat je eigenlijk niet wilt doen?
  • Wie is er al over iemand grens heen gegaan? Hoe kwam dit? Hoe voelde je je toen?
  • Hoe kan je op de speelplaats / in de klas je grens goed aangeven?

....