Praten zonder ruzie maken

Doelgroep: 4-5-6e jaar BaO

Groepsgrootte: klas

Duur: 30-50 min

Leerplandoelen: 

  • BaO: Sluit aan bij de ontwikkelvelden

Materiaal:

  • Bijlage 6-9 perspectief
  • Bijlage ijsberg
  • Bijlage situatiekaarten - oefening verbindende communicatie bij sociale conflicten

Doelstellingen:

  • De leerlingen ervaren zelf dat er verschillende perspectieven zijn.
  • De leerlingen ontdekken dat ze verschillende perspectieven kunnen innemen en het inzet vraagt om zich in het perspectief van de ander te verplaatsen.
  • Zij leren hun gevoelens, behoeften en wens uitspreken.

Methodiek/oefening:

Tussen beide groepen wordt het blad 6-9 (zie bijlage) op de grond gelegd. Beide groepen moeten elkaar nu proberen overtuigen van hun gelijk. Zien zij een 6 of een 9? Hierdoor ontstaat er een discussie tussen beide groepen. Vraag de klas wie er gelijk heeft. (allebei, afhankelijk van waar je staat)

Toelichting aan klasgroep: 
Ruzie = de ander overtuigen dat jij gelijk hebt en de ander ongelijk. Dit heeft geen zin, want diegene die voor het cijfer 6 staat gaat nooit geloven dat het een 9 is.

De begeleider maakt de link met de realiteit. bv. een ruzie of conflict wordt altijd door beide partijen anders beleefd. Leerling A voelt wat hij voelt en leerling B voelt wat hij voelt. Onze interpretatie van één dezelfde situatie kan verschillen.

Je inleven in het andere perspectief vraagt altijd een inspanning (bv. letterlijk in de schoenen van een ander gaan staan, moeite doen om het blad om te draaien...).

De begeleider maakt de link met de ijsberg. Boven de waterspiegel is feitelijk (bv. wat je ziet -> 6 of 9), onder de waterspiegel is wat je voelt, denkt... (bv. wat zegt de andere nu, ziet hij of zij niet goed?)

(Uit)Praten = luisteren naar de ander en proberen te begrijpen waarom hij/zij boos reageert. De kant van de ander (denk 6/9) proberen te begrijpen. Dit doe je door te denken alsof je in de schoenen van de ander staat (= 'onder de waterlijn van de andere duiken'. Je probeert zicht te krijgen op de gedachten en gevoelens van de andere door zelf je gevoel en behoefte ook te benoemen.

Hoe doen we dit nu juist? Zie bijlage oefening verbindende communicatie bij conflicten en bijhorende situatiekaarten.