Hoe gaat het? Stellingenspel

Doelgroep: BaO en SO

Groepsgrootte: Klasgroep (opsplitsen in kleine groepjes)

Duur: +- 15 min

Leerplandoelen:

  • BaO: Sluit aan bij de ontwikkelvelden
  • SO: Sluit aan bij het gemeenschappelijk funderend leerplan

Materiaal:

  • Blad en pen voor de begeleider om te noteren

Doelstellingen:

  • Zicht krijgen op het welbevinden van de leerlingen. 
  • Negatieve gevoelens normaliseren. 
  • Leerlingen constructieve tips laten uitwisselen over hoe ze omgaan met stress/ negatieve gevoelens.

Methodiek/oefening:

  • Laat de leerlingen in een cirkel zitten en geef ze de instructie om de ogen te sluiten. Leg uit dat je een aantal stellingen zal voorlezen. Voor wie de stelling klopt, mag zijn of haar hand omhoog steken. 
  • Verduidelijk aan de leerlingen dat ze de ogen moeten sluiten zodat iedereen eerlijk voor zich kan antwoorden en dus niet beïnvloed wordt. Indien je merkt dat dit moeilijk is, kan je ze ook met de ruggen naar elkaar laten zitten en dan de ogen laten sluiten. 
  • Nadien lees je onderstaande stellingen voor en noteer je per stelling hoeveel vingers je omhoog ziet gaan (! niet noteren wie zijn/haar vinger omhoog steekt). Je kan gerust zelf stellingen toevoegen. 
  • Als je de stellingen afgerond hebt, mogen de leerlingen terug de ogen openen. Je bespreekt per stelling hoeveel vingers er omhoog gingen. 
  • Nadien kan je met de groep in gesprek gaan: wat valt jullie op bij het horen van deze cijfers? Zijn jullie ergens verrast over? Hadden jullie dit verwacht?... Je kan zelf ook terugkoppelen wat jou opvalt in de cijfers. 
  • Tot slot kan je overgaan tot het delen van tips: wat doen je leerlingen om zich beter te voelen na een moeilijk moment? Deze tips kan je opschrijven op een A3-blad dat je in de klas kan ophangen en sporadisch kan aanvullen met nieuwe tips. Het is hierbij belangrijk dat de leerlingen tot constructieve tips komen. 
  • Als leerkracht kan je tips aanvullen: www.rustbox.be, leerlingen wegwijs maken bij wie ze op school terecht kunnen bij moeilijkheden,...
    Stellingen:
  • Ik heb deze ochtend ontbeten. 
  • Ik heb deze nacht goed geslapen. 
  • Ik heb op dit moment voldoende energie voor de dag. 
  • Ik heb vaak te weinig energie voor de dag. 
  • Ik heb regelmatig moeite om in te slapen. 
  • Ik voel me wel eens alleen/ eenzaam. 
  • Ik voel me wel eens onzeker.
  • Ik voel me wel eens angstig.
  • Schoolse verwachtingen geven mij soms stress.
  • Als ik een stressvolle dag gehad heb, weet ik goed hoe ik mij kan ontspannen. 
  • Als ik me niet goed voel, weet ik tegen wie ik dat kan vertellen. 
  • Als ik mij op school niet goed voel, weet ik bij wie ik op school terecht kan. 
  • .....